De effectiviteit van maatregelen tegen hydrofobie op veengrond - Eindrapportage
Auteur(s)
N. Hoekstra; L. Spierings; Th. van der Sluijs
Jaartal publicatie
2025
Organisatie
Louis Bolk Instituut
Trefwoorden
Veen; hydrofobie; waterafstotendheid; bodemvocht; maatregelen
Samenvatting
Zes melkveehouders uit het Friese veenweidegebied doen mee aan het project ‘Integrale Bodemverbetering Feangreiden’. Ze werken samen met het Louis Bolk Instituut. Alle zes boeren werken op schalterveen. In het project onderzoeken ze verschillende bodemvraagstukken, waaronder hydrofobie.
Wat is hydrofobie?
Hydrofobie betekent dat de bodem water afstoot. Dit gebeurt als veengrond te droog wordt. Ook als het daarna regent, blijft de grond kurkdroog. Dit zorgt voor verstoffing en muizenplagen. Alleen tijdens heel natte winters wordt de bodem weer vochtig.
Onderzoek naar droge veengrond in Friesland
Het Louis Bolk Instituut onderzocht eerder al hoe waterafstotend de bodem is op 12 percelen van de deelnemende boeren. Ze deden dat in het laboratorium. Daarna testten ze in het veld en in het laboratorium welke maatregelen kunnen helpen tegen hydrofobie. De uitkomsten van het tweede onderzoek staan in dit rapport.
Welke oplossingen zijn getest?
In het veld zijn verschillende maatregelen uitgeprobeerd:
1. Beter bodembeheer (Aldeboarn-De Deelen).
Verwacht effect: hogere pH, betere bodemstructuur en meer vocht in de bodem.
2. Bekalken van de bodem (Delfstrahuizen).
Verwacht effect: hogere pH, betere structuur en beter vocht vasthouden.
3. Verschillende mestsoorten (Koufurderrige).
Verwacht effect: betere bodemstructuur en meer bodemvocht. Aan de andere kant kan vaste mest het organischestofgehalte verhogen, wat hydrofobie juist kan verergeren.
4. Klei toevoegen aan veengrond (meerdere locaties).
Verwacht effect: meer kleideeltjes (lutum), hogere pH en betere vochtopname. Kleigrond houdt vocht langer vast dan veen en neemt na uitdroging makkelijker water op.
5. Boeren op Hoog Water (Zegveld).
Verwacht effect: een hogere grondwaterstand zorgt voor meer bodemvocht.
Conclusies
De resultaten van de maatregelen verschillen per locatie. Toch zijn er een paar duidelijke conclusies:
• Meer bodemvocht en een hoger lutumgehalte zorgen voor minder hydrofobie.
• Een hoog organischestofgehalte maakt de bodem juist meer waterafstotend.
• De pH had maar een klein effect.
• De verschillen tussen locaties waren groter dan de effecten van de behandelingen zelf.
Link(s)
Eindrapportage De effectiviteit van maatregelen tegen hydrofobie op veengrond >
Projectpagina Integrale Bodemverbetering Feangreide >